Dit boek is zeer indrukwekkend omdat het op indringende wijze aangeeft hoe Jezus Christus in onze tijd heel persoonlijk met mensen omgaat, hen geneest en leidt.
Wat mij bijzonder opgevallen is in dit boek is een visioen dat Gulshan krijgt. Ze ziet een menigte mensen, allemaal met een kroon op hun hoofd en gekleed in een glans die haar ogen pijn doet. Jezus legt haar uit dat dit zijn volk is. Hij wijst haar op een man in die menigte en zegt haar zestien kilometer noordwaarts te reizen, zodat die man haar een Bijbel kan geven.
Wanneer ze doet wat Hij gezegd heeft, ontmoet ze daar daadwerkelijk diezelfde man. Ze verwacht een aangename verwelkoming, maar de man weet niet waarom ze komt en is bang als hij haar verzoek hoort. Uiteindelijk laat hij zich overtuigen en geeft haar een Bijbel.
Die man zag zichzelf bepaald niet als een gekroond persoon gehuld in stralende lichtglans. Zelfs al denk je wellicht minnetjes over jezelf en je positie, zoals wellicht deze man, weet dan dat Gods kijk op jou heel anders is, en Hij kent je ware ik.